C Accountants

De private stichting in het nieuwe WVV: één bestuurder is genoeg

IMPACT OP HET VLAK VAN BESTUUR VAN DE STICHTING

Onder het gewijzigde vennootschapsrecht is voortaan een eenhoofdig bestuur mogelijk binnen de stichting, daar waar vroeger steeds minstens drie bestuurders waren vereist. Binnen een familiale context was het onder het oude vennootschapsrecht dan ook niet altijd eenvoudig om voldoende kandidaten te vinden voor de opname van een bestuursmandaat binnen het bestuursorgaan. Bovendien brengt een bestuursmandaat ook steeds een zekere bestuurdersaansprakelijkheid met zich mee, wat niet altijd wenselijk is.

Waar vroeger steeds minimaal drie bestuurders waren vereist, werden stichtingen vaak in Nederland opgericht, waar een enige bestuurder wel al mogelijk was. Aangezien ook de stichting in het kader van vermogensplanning een veelgebruikt instrument is, was het immers niet altijd eenvoudig om drie personen te vinden aan wie het bestuur kon worden toevertrouwd. Deze gewijzigde maatregel kan hopelijk de keuze voor stichtingen terug naar ons land brengen en het aantal Belgische stichtingen doen toenemen.

Onder het gewijzigde vennootschapsrecht wordt nu overigens ook wettelijk bevestigd dat eenzelfde natuurlijke persoon niet in verschillende hoedanigheden kan zetelen binnen eenzelfde bestuursorgaan, bijvoorbeeld één keer in eigen naam en één keer als vaste vertegenwoordiger van een managementvennootschap om zo aan het minimum vereist aantal bestuurders te komen. Hoewel dit principe onder het oud vennootschapsrecht reeds algemeen werd aangenomen in de rechtsleer, merken wij in de praktijk dat op dit vlak nog veel bestuursorganen foutief zijn samengesteld. Gelukkig biedt ook hier de mogelijkheid van de enige bestuurder nu vaak een oplossing.

Deze website maakt gebruik van cookies om uw gebruikservaring te verbeteren. Door verder te surfen, stemt u in met ons cookie-beleid. Meer info